Het eerste deel van het eerste stuk in Australië zit erop, de Gibb River Road!

Onderweg naar het camper verhuurbedrijf kwamen we er achter dat onze internationale rijbewijzen nog thuis in de la lagen, maar gelukkig kregen we de camper gewoon mee en kon onze roadtrip beginnen! Inmiddels zijn thuis de hulptroepen druk bezig geweest en worden ze hopelijk afgeleverd bij ons hotel in Brisbane?!

De Gibb River Road dus, dit is een 660 km lange en brede gravel road – oké af en toe een stukje asfalt tussendoor, maar ook heel beroerde stukken – van Derby naar El Questro, met aan weerszijden droge steppes met bomen en baobabs. De dominante kleur was oranje en die kleur had de auto ook na afloop…. Onderweg waren er enkele cattle stations en roadhouses waar je dan kon tanken, eten, wandelen en/of kamperen. Dit is de echte outback van Australië. Je ziet hier ook alleen maar 4WD’s rijden, al dan niet met een dubbelassige caravan erachter, met terreinbanden.

Het liep tegen het eind van het seizoen, sommige campgrounds deden de deuren zelfs eerder dicht ivm de hitte, en het was niet echt druk, je hoefde de campings niet van te voren te boeken. De campings zijn trouwens heel basic hier, maar hebben soms wel kangoeroes en kaketoes. Einde van het droge seizoen betekent ook dat de rivieren aan het opdrogen zijn en de gevreesde Pentecost river crossing was een peulenschil nu. Een maand geleden stond het water nog een meter hoog, nu misschien 40 cm.

Overdag was het tegen de 40 graden, ‘s nachts koelde het aardig af gelukkig. We dachten dat de camper misschien te warm zou zijn om te slapen, maar dat ging gelukkig prima. Om half 8 werd het al flink warm in de zon dus we begonnen voor zonsopkomst, dat is hier om ca half 6, al met wandelen. Veel water mee en hoed op en rustig tempo als het warm werd. Meestal waren het relatief korte wandelingen eindigend bij een rivier of poel weer je dan kon zwemmen en afkoelen, dat worden allemaal gorges genoemd. En meestal liep je daar in de volle zon naar toe, maar de El Questro Gorge was anders, met veel water en bomen.

Na de Gibb River Road hebben we nog een side tour gemaakt naar de Bungle Bungle in Purnululu NP, dat is een gebied met heel aparte, mooie, gestreepte rotsen, dus ook daar weer gewandeld in alle vroegte.

Wij hebben de Gibb River Road en de Bungle Bungle overleefd, maar onze camper had het zwaarder… 2 los getrilde buitenspiegels door de ‘golfplaten’ wegen (google maar eens op ‘corrugations’) en een lekke band, die we zelf hebben vervangen, niet een heel fijn klusje in het stof en de hitte.

Inmiddels zitten we in een huisje op een soort vakantiepark met uitzicht op Lake Argyle, even weg van het stof en met een airco! Vandaag 2 nieuwe banden gehaald, er zat namelijk nog een hele slechte band onder de camper. Morgen begint het tweede stuk van het eerste deel naar the Red Center, 1700 km rijden vanaf hier. Met een eerste stop in Katherine om de buitenspiegels te laten repareren…..

Welke dieren hebben we gezien? Witte en zwarte kaketoes, kangoeroes, een dingo, emoes, grote kikkers, gekke vinkjes, gekke duifjes, bijeneters of ijsvogels (we weten het verschil niet), 1 slang.
Geen krokodillen tot nu toe.

Wat hebben we gegeten tot nu toe? ’s Morgens veelal yoghurt met cruesli of knäckebröd met kaas en ’s avonds hamburgers of pasta of chili uit blik. En onderweg in Ellenbrae Station hebben we scones met clotted cream en jam gegeten, die daar elke dag vers gebakken worden.

Australiërs zijn super aardig, altijd bereid tot een praatje of om te helpen. Je kunt ze niet altijd goed verstaan, maar met een ‘mate’ hier en een ‘mate’ daar lukt het prima.

Onder of naast dit bericht kun je het traject zien dat we zo ongeveer hebben afgelegd.