Prachtig weer in Aoraki (Mount Cook) National Park

We hadden een 2-dagen window van goed weer in Mt. Cook National Park. Dat is bijzonder omdat de Nieuw-Zeelandse Alpen vaak slecht weer hebben, de regen komt er met bakken uit de lucht. Dus als het mooi weer is moet je niet twijfelen, je gaat er heen. Wij dus ook, een korte rit vanuit Queenstown.

Aoraki is de hoogste berg van Nieuw Zeeland, 3724 meter, vergelijkbaar met Großglockner in Oostenrijk. Er zijn geen gemakkelijke routes naar de top, het is al gauw een mini-expeditie van 6 dagen met technisch klimmen en gevaarlijke gletsjers. Niets voor ons dus.

We hadden een camping op ongeveer 20 minuten voor het einde van het dal, waar Mt. Cook Village ligt. Dit is helemaal geen village, maar de plek waar het Visitor Centre is en er zijn een paar hotels, maar verder niks.

Voor de gewone stervelingen zijn er 2 goede tochten te maken: de wandeling naar de Ball Hut en de wandeling naar de Mueller Hut. Wij hebben ze beiden gedaan, want het was supermooi weer.

De eerste dag stond de Ball Hut op het programma. Om deze hut te bereiken hoef je niet veel hoogtemeters te maken, ruim 400 meter over een afstand van 8-9 km. Dus we dachten dat in 3 uurtjes wel geklaard te hebben. De route loopt over een zandweggetje en stijgt dus heel langzaam. Na ongeveer een uur lopen zagen we 2 4WD auto’s staan, dus blijkbaar mocht je er ook rijden. Op en rond die 4WD’s zaten allemaal kea’s. En die zijn nogal destructief. Ze doen niets liever dan ruitenwisserbladen van je auto kapot maken, en daar waren ze ook mee bezig. En een paar anderen waren de toeschouwers. Maar, het zijn wel weer mooie vogels, dus we hebben een tijdje naar het schouwspel gekeken.

Daarna weer verder gelopen tot we een gezinnetje tegen kwamen. De vrouw zei dat we niet verder konden. Wat bleek, de weg was doorklieft door een rivier van rotzooi en er was een ravijn ontstaan van 100-200 meter breed en 50 meter diep. Haar man was ‘stroomopwaarts’ gelopen om te kijken of je daar kon oversteken. En dat was zo. Aan de andere kant moest je nog wel wat ‘bush bashing’ doen en supersteil omhoog en naar beneden, maar gelukkig hingen er vaste touwen, dus dat ging prima. Aan de andere kant gekomen liep de weg weer gewoon verder of er niks gebeurd was. Maar dit kostte ons wel bijna een uur extra. En zo kwamen we na 4 uur bij de Ball Hut aan.

Het ravijn, rechts houdt de weg op, links gaat hij weer verder

In de verte kon je de Tasmangletsjer zien liggen en net een stukje van de Ballgletsjer, dus dat was wel aardig. We hebben een klein uurtje gerust en van het uitzicht genoten en daarna weer terug gelopen. En de terugweg duurde natuurlijk bijna net zolang als de heenweg, omdat er zo weinig hoogteverschil was.

Na die passage bij dat ravijn waren we weer bijna terug bij de weg toen het onheil zich aankondigde: Otto struikelde en maakte een rotsmak op de rotsen. De camera vloog uit zijn hand en crashte op de grond. Resultaat: 2 flinke schaafwonden met loshangend vel en een kapotte lens, de camera zelf deed het nog wel. En natuurlijk deze keer geen verbanddoos meegenomen, want het was een ‘eenvoudige wandeling over een weggetje’. De wond op de hand, met het loshangend vel, maar een beetje schoongemaakt met water en doorgelopen. Alles deed het nog, maar de knie was ook behoorlijk geraakt en de wond op de hand deed pijn. Onderweg naar de auto kwam er plotseling iemand aanrijden in een busje. Die heeft geholpen met wat wondverzorging, de boel een beetje ontsmet en een pleister erop. En zo kwamen we bij de camper aan.

‘s Avonds ging het niet veel beter met de wonden, alles werd ook een beetje stijf, dus Otto had een hard hoofd in de volgende dag, want dat zou een veel zwaardere tocht worden. Maar toch maar gehoopt dat het de volgende dag oké zou zijn.

Die volgende dag stond gepland voor de Mueller Hut. Helaas had het National Park besloten om het pad te gaan renoveren. Dat betekende dat het middelste gedeelte van het pasroute tussen 10:00 en 15:00 niet belopen kon worden. Je mocht voor 06:00 beginnen met de tocht omhoog (er staat 4 uur voor) en om 14:00 mocht je weer naar beneden ( daar staan 3 uur voor). Dat betekent dus dat je van 10:00 tot 14:00 moet wachten boven.

De volgende ochtend liep om 04:30 de wekker af en om 05:45 stonden we aan het startpunt. Daar stonden 2 andere Nederlanders vertwijfeld te kijken naar het bord waarop stond dat het pad gesloten was. Maar wij liepen kordaat langs dat bord en vertelden hun dat het oké was. Ze volgden ons en we hebben ze de hele dag in onze buurt gehad. We hebben ook leuke gesprekken met ze gevoerd, heel gezellig allemaal.

Na anderhalf uur steil klimmen over allemaal uitgehakte treetjes, het waren er wel 2200, waren we voorbij het punt dat vanaf 10:00 verboden gebied was. Het was nog geen 07:30…. En 2 uurtjes later kwamen we bij de hut aan, om 09:30 dus. We hadden echt een geweldig uitzicht op Aoraki (Mt. Cook) en andere bergen. Het was overweldigend. En we snapten ook gelijk dat er geen eenvoudige routes die berg op zijn, wat een monster was het.

Bij de hut nog even gepraat met 2 andere Nederlanders en na een uurtje rusten zijn we de berg achter de hut opgegaan: Mt. Ollivier. Dit is de eerste berg die de jonge Edmund Hillary heeft beklommen; later zou hij de eerste op Mt. Everest zijn. Mt. Ollivier is nog een leuke klauterpartij en op de top hebben we nog een tijdje gepraat met het eerste Nederlandse stel. Daarna naar beneden en om 13:45 weggelopen bij de hut.

Mount Ollivier op
Uitzicht vanaf Mt. Ollivier op Aoraki

Na een uur afdalen kwamen we weer bij de treetjes. En daar stond een ranger iedereen tegen te houden. Het pad werd pas om 15:00 vrijgegeven. En dat klopte, iets na 3-en liepen we weer naar beneden over prachtige nieuwe treetjes. Om 16:00 waren we weer bij de auto, dus dat hadden we in 2 uurtjes gedaan, niet slecht. En nog belangrijker, de wonden en stijve spieren van de val van de vorige dag hadden geen negatieve impact gehad. Otto helemaal blij.

We moeten nu naar de westkust, maar daar regent het nog veel meer, dus we moeten zorgvuldig plannen. We hebben gezien dat er een mooi-weer window is volgende week, maar de komende dagen is het er zeer slecht weer, net als bij Mt. Cook overigens. We gaan nu weer 2 nachten in Wanaka zitten, waar we eerder zijn geweest. Het weer is prima daar de komende dagen. Een beetje relaxen en de wonden laten genezen. En we gaan Edgar, een collega van ABN AMRO, ontmoeten in Wanaka. Dat wordt heel erg apart, om iemand met wie je samenwerkt ineens aan de andere kant van de wereld te zien.

5 Thoughts to “Prachtig weer in Aoraki (Mount Cook) National Park”

  1. TheaGG

    Jeetje, wat balen van die val. Gelukkig konden jullie daarna toch nog weer wandelen. Ook balen dat je lens kapot is. Nog wel een andere lens mee? Wel heel mooi daar.
    Hopelijk kunnen jullie het slechte weer nog een beetje ontlopen.

    1. Otto

      Gelukkig heb ik nog een normale lens. Dit was een groothoek zoom, die ik toch al wilde vervangen na de vakantie. Geen ramp dus. Ben blij dat de camera nog werkt. En ikzelf natuurlijk😁

  2. Ina

    Wat een belevenis, hele klimpartijen en een vervelende valpartij. Gelukkig dat je er geen hinder van had bij de beklimming van de berg. Jullie wisten dus dat hij er was, ik had eerst deze blog moeten lezen.
    Groetjes Ina en Leo 🙋‍♀️🙋‍♂️

  3. TheaGG

    Ik weet niet of Kea’s het rubber ook eten of aleen maar slopen. Ze maken ook vaak het rubber langs de ramen stuk. Rare gewoonte!

  4. TheaGG

    Ik weet niet of Kea’s het rubber ook eten of dat ze het aleen maar slopen. Ze maken ook vaak het rubber langs de ramen stuk. Rare gewoonte!

Leave a Comment

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.