Schildpadden

De belangrijkste reden om in Ras al Jinz te zijn, zijn de zeeschildpadden. Er zijn dagelijks 2 mogelijkheden om ze te bekijken, ‘s morgens om 5 uur en ‘s avonds om half 9. De avond shift is verreweg de drukste. Wij hebben voor de ochtend gekozen. Het voordeel, naast minder drukte, is dat het om 6 uur licht wordt. Als je ‘s avonds gaat dan is het donker en je mag geen zaklamp gebruiken of flitsen, want dat zorgt voor stress bij de schildpadden.

Het gaat dus om die grote zeeschildpadden, die weer terugkeren naar het strand waar ze geboren waren – hoe weten ze dat? – en in de avond aan land komen om hun eieren te leggen en te begraven. Het idee is dat moeders voor zonsopkomst weer terug in zee is. Moeder is trouwens een vreemd woord, want van ouderschap is geen sprake. Na een dag of 60 komen de eieren uit. En dan krijg je dat tafereel van die kleintjes die proberen om zo snel mogelijk naar de zee te rennen, voordat de vossen of meeuwen ze in de gaten hebben.

Verder is het nog een kwestie van geluk hebben dat je ze ziet, want niets is zeker. Wij dus om 4 uur opgestaan en om 5 uur de excursie begonnen met zo’n 50 anderen. En we hadden geluk! We hebben er 3 gezien die klaar waren met eieren leggen. Eentje was nog bezig ze te bedekken met zand. De andere 2 hadden ze afgeleverd en schuifelden weer terug naar de zee. Heel bijzonder die grote beesten, met name dat zorgvuldig afdekken van de eieren, het kost ze zoveel moeite, ze zijn helemaal uitgeput. We hadden dit nog nooit eerder gezien.

In de middag zijn we Sur nog even ingegaan. Het enige stadje in de Golf-regio waar nog originele dhows worden gemaakt, traditionele schepen. En verder wat eten, drinken en brandhout ingeslagen, want we gaan weer een paar dagen van het asfalt af en in de bush kamperen.